Joost Klapmuts
kennisbank

Van welkom naar inclusief: hoe culturele organisaties écht ruimte maken voor iedereen

Hoe maak je je organisatie écht inclusief en gastvrij voor iedereen? In dit artikel verkent Shayne McCreadie – facilitator, trainer en coach D&I, en oprichter van De Cultuurshifters – wat inclusief programmeren en marketing in de praktijk betekent. Van het kritisch bekijken van doelgroepenmodellen tot het betrekken van nieuwe bezoekers en het aangaan van samenwerkingen.

Diversiteit & Inclusie

Nederland is continu in verandering en daarmee ook het culturele landschap. We hebben steeds meer besef van de gevolgen van het koloniale verleden, wat betekent dat de gemiddelde Nederlander niet meer te vangen is onder één etniciteit of religie. Weinig mensen kijken er nog van op als je met partner van hetzelfde geslacht een voorstelling bezoekt en prikkelarme voorstellingen maken steeds vaker onderdeel uit van het aanbod in schouwburgen en theaters. Culturele organisaties zijn een grote inhaalslag aan het maken en het aanbod aan diversifiëren. Maar hoe begin je?

Door Shayne McCreadie – facilitator, trainer en coach met expertise in DE&I en Deep Democracy, en oprichter van De Cultuurshifters.

Wat wil je bereiken en voor wie doe je het?

Op het moment dat je besluit dat je nieuw publiek wil gaan aantrekken, zijn er een aantal vragen die je jezelf kan stellen. Wil je nieuw publiek gaan aantrekken bij reeds bestaande programma’s en is het daarom zaak om andere uitingen in de marketing te gaan bedenken? Of wil je nieuwe programma’s gaan ontwikkelen om daarmee een nieuwe doelgroep te bereiken (of allebei)? In de praktijk is het meestal een mix van beide.

Inclusief programmeren en marketing gaat verder dan het bereiken van een nieuwe doelgroep. Het betekent ook dat je erkent dat binnen één doelgroep bezoekers heel verschillende ervaringen en behoeften hebben. En dat je de verantwoordelijkheid neemt om je organisatie en programmering zo in te richten dat iedereen zich welkom voelt – ongeacht religie, afkomst, lichaam, gender of seksuele voorkeur.

Doelgroepenmodellen onder de loep

Veel marketeers baseren hun kennis op doelgroepenmodellen, zoals Whize of het Culturele Doelgroepenmodel. Deze modellen houden echter nauwelijks rekening met diversiteit: een bi-culturele achtergrond, een fysieke beperking of een relatievorm buiten het heteronormatieve kader komen er amper in terug. In de folder van Whize zien we bijvoorbeeld nauwelijks personen van kleur. Het segment Gewoon Gemiddeld’ wordt zelfs verbeeld met een wit gezin – vader, moeder en twee puberkinderen. Op zich is daar niets mis mee, maar door dit gemiddeld te noemen, vallen grote groepen buiten de norm: 25% van de Nederlanders zonder kinderen, 25% met een migratieachtergrond en zo’n 15% LHBTQI+. Dat is geen neutraliteit, maar uitsluiting.

Het Culturele Doelgroepenmodel is een stuk inclusiever. In de brochure zien we mensen van verschillende etniciteiten, waardoor culturele representatie grotendeels geslaagd is. Toch vallen ook hier groepen buiten beeld. Er zijn bijvoorbeeld geen bezoekers met een zichtbare fysieke beperking: geen rolstoelgebruiker of iemand met een gehoorapparaat, terwijl Nederland zo’n 1,5 miljoen doven en slechthorenden telt. Ook religieuze uitingen ontbreken, zoals een islamitische hijab.

Daarom is het belangrijk om, aanvullend op deze modellen, zelf kritisch te kijken naar wat échte diversiteit van je bezoekers betekent voor jouw organisatie.

Van aannames naar inzicht: wie bereik je (niet)?

De eerste vraag die je jezelf moet stellen is: wie komen er al, en wie bereiken we nog niet? In plaats van te gissen, helpt het om de harde cijfers van je stad erbij te pakken en te vergelijken met de samenstelling van je publiek. Herken je diezelfde diversiteit terug in je schouwburg?

De tweede vraag is: wat zijn hun behoeftes? Veel organisaties vertrouwen hierbij op hun onderbuikgevoel, maar in gesprek gaan met de doelgroep werkt beter en hoeft helemaal niet ingewikkeld te zijn. Dat kan met een praatje met je buurman, een klant bij de nagelsalon, of door een focusgroep te organiseren met mensen die nog nooit in jouw theater zijn geweest.

Uit de praktijk

Een mooi voorbeeld is het International Queer & Migrant Filmfestival. Bij de filmselectie staat steeds de vraag centraal: gaat het over queer migranten, en is het gemaakt door queer migranten? Daardoor weegt de boodschap soms zwaarder dan de technische kwaliteit. Logisch, want queer makers wereldwijd hebben lang niet altijd dezelfde toegang tot apparatuur en middelen die in Westerse landen vanzelfsprekend zijn.

Een mooi voorbeeld op het gebied van marketing is de campagne “Graag traag in onze straat”. Om het verkeer tussen Antwerpen en Turnhout in betere banen te leiden, ontwikkelde de Belgische politie deze campagne. De bewoners van de Turnhoutsebaan voelden zich hierin niet herkend en kwamen zelf met een alternatief. Met dezelfde boodschap, maar dit keer mét een echte afspiegeling van de bewoners:

Je nieuwe publiek is binnen, en nu?

Hoe ervaart iemand je locatie die er voor het eerst komt? Denk aan praktische vragen zoals:

  • Is het horeca-aanbod ook geschikt voor vegan of halal eters?
  • Mag je tijdens een voorstelling in- en uitlopen?
  • En als dat niet zo is, staat dit duidelijk vermeld op de website?
  • Zien bezoekers bij binnenkomst ook anderen die op hen lijken?

En dan een laatste, cruciale vraag: kun je echt verschillende doelgroepen bereiken als ze niet ook binnen je organisatie werken? Niet elke organisatie kan iedereen zelf aannemen, maar juist daarom zijn samenwerkingen zo belangrijk. Bovenal: durf te experimenteren. Probeer dingen uit, stel bij waar nodig en blijf vooral in gesprek met je publiek.

📚 Leestip: Inclusive Communicatie van Hanan Challouki. Een praktisch boek vol voorbeelden en handvatten om communicatie écht inclusief te maken.

Training - Inclusief programmeren

De training Inclusief Programmeren helpt marketeers en programmamakers om inclusief en toegankelijk te programmeren. In vier dagdelen ga je met diverse trainers aan de slag met verschillende perspectieven rondom inclusief programmeren. Hierbij wordt ook stilgestaan bij jouw dagelijkse praktijk.

Meer kennis